Programma 1 LEVEN
Onze ambitie voor programma Leven
Wij geloven in het uitgangspunt dat voorkomen beter is dan genezen, dus zetten wij vol in op preventie. Wij werken aan een inclusieve Venrayse samenleving waarin iedereen naar vermogen mee kan doen. Wij doen een beroep op onze inwoners, hun omgeving én onze partners zoals (zorg)aanbieders om eigen verantwoordelijkheden te nemen en de eigen krachten in te zetten. Belemmeringen die het meedoen in de weg staan nemen wij zoveel mogelijk weg. Wij bieden ondersteuning aan onze inwoners die dat echt nodig hebben.
Algemeen
Een duurzame en gezonde Venrayse samenleving betekent voor ons dat iedereen, inwoners en partners, naar vermogen meedoet en participeert. De kracht van de Venrayse samenleving geldt hierbij als uitgangspunt. Steeds hebben we daarbij een inclusieve samenleving voor ogen. Iedereen moet mee kunnen doen. Deze transformatiegedachte is verwoord in de kadernota Sociaal Domein: de volgende stap.

In de kadernota zijn per bouwsteen een aantal basisindicatoren benoemd. In de uitwerking per bouwsteen is door middel van pictogrammen bij de verschillende basisindicatoren aangegeven welke beweging wij verwachten. Dus stijging, daling of gelijk. De kleuren zijn gebaseerd op de huisstijl en geven geen waarde aan de beweging die we nastreven. Die waarde wordt in de begeleidende tekst toegelicht. Gedetailleerde verantwoording over de indicatoren vindt plaats via de rapportage sociaal domein. De rapportage sociaal domein verschijnt ieder half jaar.
In 2021 is de Kadernota Sociaal Domein verder uitgewerkt in een Uitvoeringsprogramma. Dit uitvoeringsprogramma geeft concrete invulling aan de beweging die wordt beschreven in de Kadernota Sociaal Domein. Hiermee worden de randvoorwaarden geschapen en wordt de organisatie zodanig ondersteund in haar doorontwikkeling, dat de doelstellingen en effecten uit de Kadernota gerealiseerd worden. Voor het uitvoeringsplan is in 2024 een nieuw procesplan vastgesteld waarbij de focus ligt op de onderdelen omgeving, gedrag en houding en toegang. Deze zullen in samenhang de komende jaren worden opgepakt.
Trends, ontwikkelingen en uitgangspunten
Toenemende druk op het vangnet
In de monitor sociaal domein over het jaar 2024 zien we dat de gesignaleerde stijging van het aantal cliënten in 2023 in 2024 is gestabiliseerd. Over 2024 is een behoorlijke daling zichtbaar van het aantal cliënten binnen Jeugd, Participatie en Schuldhulp maar een stijging bij Leerlingenvervoer en WMO. De wachtlijstproblematiek is ondanks diverse acties toch weer gaan oplopen. Hierdoor is er zeker bij jeugd sprake van een vertekend beeld. Naast de aantallen voorzieningen spelen ook de nieuwe kostprijzen vanaf 2026 een rol van betekenis.
Versterken omgeving
In 2024 zijn we gestart met een nieuwe opdracht voor het versterken van de omgeving. Er zijn veel plannen en ontwikkelingen die gericht zijn op gezondheid, preventie en het versterken van het netwerk en de omgeving van onze inwoners. De urgentie is groot om hierop in te zetten, want ons zorgstelsel staat onder druk. Het voorkomen van gezondheidsproblemen en het versterken van de omgeving zijn belangrijk om de kwaliteit, toegankelijkheid en houdbaarheid van het zorgstelsel in de toekomst te kunnen waarborgen. In deze opdracht pakken we deze plannen en ontwikkelingen in samenhang op vanuit de overkoepelende paraplu en de beweging van het versterken van de omgeving én in samenwerking met inwoners en onze partners uit het sociaal domein. De ervaringen uit IJsland leren ons dat deze beweging een lange termijnproces van circa 30 jaren is en dat betekent dat we een lange termijn commitment van onze partners vragen. Tegelijkertijd zien we dat de financiën en budgetten die beschikbaar zijn voor preventie, gezondheid en het versterken van de omgeving vaak bestaan uit tijdelijke middelen (zoals de specifieke uitkering voor het preventieakkoord en de brede specifieke uitkering (brede SPUK-regeling)).
We (onze inwoners, partners en wij als gemeente) committeren ons aan een lange termijn beweging, wetende dat de (financiële) investeringen die we met elkaar op de korte termijn doen ook op de lange termijn (financieel) geborgd moeten worden. Dit vraagt mogelijk om extra financiële middelen vanuit de gemeente, als blijkt dat de tijdelijke rijksmiddelen vanaf 2027 niet langer beschikbaar zijn.
Nieuwe toegang
In 2026 werken we verder aan de toegang voor het sociaal domein, samen met partners. Het is onderdeel van het uitvoeringsprogramma sociaal domein waarin ook de trajecten Houding & Gedrag en Versterken omgeving zijn opgenomen. Doel is om samen met onze partners te komen tot een laagdrempelige toegang waar onze inwoners met hun hulpvraag terecht kunnen. Daarbij kijken we bij het zoeken naar een oplossing naar de brede hulpvraag en zoeken we naar een gedegen oplossing. Waarbij we in eerste instantie en zoveel mogelijk een beroep doen op de eigen kracht van de inwoner en zijn omgeving. We wijzen de weg in de omgeving en helpen zo de hulpvraag op te lossen. Lukt dat niet zelfstandig dan zijn maatwerkvoorzieningen nodig. Soms enkelvoudig en soms meervoudig en complex. De nieuwe toegang is bovenal een manier van werken waarbij we zo breed mogelijk kijken naar de hulpvraag van de inwoner waarbij we ondersteuning bieden die aansluit bij de behoefte en een duurzame oplossing biedt.
Omgekeerde verordening
Vanaf 2025 zijn we gestart met de omgekeerde verordening binnen het sociaal domein. Dit is één verordening voor het hele sociale domein. Deze nieuwe verordening is weliswaar opgebouwd volgens de wetten en regels maar gaat qua opzet uit van de hulpvraag van de inwoner. Deze verordening is in begrijpelijke taal geschreven en is voor onze organisatie een hulpmiddel om nog integraler te kunnen werken. In het eerste half jaar van 2026 wordt de omgekeerde verordening geëvalueerd.
Hervormingsagenda Jeugd
Het doel van de hervormingsagenda is tweeërlei:
1. Betere en tijdige zorg en ondersteuning, op de juiste plek en wanneer dit nodig is;
2. Een beheersbaar en daarmee duurzaam financieel houdbaar stelsel.
Over de hervormingsagenda jeugd hebben gemeenten en rijk in 2023 overeenstemming bereikt en is een implementatieplan vastgesteld. Dit betekent dat we de komende jaren aan de slag kunnen, lokaal alsook regionaal, om de eerdergenoemde doelen te halen.
Een commissie van deskundigen volgt de uitvoering van de maatregelen en de gepleegde inspanningen en heeft in januari 2025 een advies gegeven, waarbij onder andere ook aandacht was voor de ontwikkeling van het uitgavenpatroon in relatie tot het afgesproken meerjarenperspectief en het risico dat partijen dragen. Dit advies is grotendeels overgenomen door het kabinet en verwerkt in de meicirculaire 2025. De uitdagingen op het terrein van jeugd zijn er echter niet minder op geworden. Voor 2028 ligt er een nog grotere opgave in kostenbesparingen.
In regionaal verband wordt er al gewerkt aan de implementatie van de hervormingsagenda jeugd, door middel van het regionale implementatieplan. Hiervoor is onlangs een projectleider aangetrokken. Verder houden wij in het inkooptraject voor de jeugdhulp ook rekening met de ontwikkelingen uit de hervormingsagenda jeugd.
Huisvesting van asielzoekers en andere doelgroepen.
Asiel
In juni 2024 is besloten de evenementenhal weer in te laten richten als noodopvangvoorziening. Tijdens de raadsvergadering van 24 september 2024 besloot de gemeenteraad de zoektocht naar een permanent asielzoekerscentrum toch door te laten gaan. In de raadsvergadering van 24 juni 2025 heeft de gemeenteraad besloten om na de zomer van 2026 te starten met de verkenning voor de realisatie van een asielzoekerscentrum. Daarvoor ligt de focus op menswaardige huisvesting voor Oekraïners, internationale werknemers, statushouders, de noodopvang en aandacht voor forensisch en psychiatrisch zorglandschap, met hierbij zorgvuldige communicatie/participatie en de voorbereiding evaluatie van de noodopvang. Deze resultaten worden meegenomen in de analyse voor de opdracht asielzoekerscentrum in de zomer van 2026 en dient als fundament voor het plan van aanpak met tijdspad.
Oekraïne
De huidige regeling loopt tot maart 2026, en is sinds het uitbreken van de oorlog telkens met één jaar verlengd. In maart 2026 is de regeling 4 jaar van kracht. Indien er geen (of niet tijdig) een passende Europese oplossing komt voor het verblijfsrecht, heeft een werkgroep terugkeer & verblijf een “Nationale Terugvaloptie”(NTO) opgesteld in opdracht van het ministerie van Asiel en Migratie. Verwacht wordt dat de Raad van de Europese Unie besluit om de RTB te verlengen tot 4 maart 2027. Dit betekent dat de NTO per 4 maart 2027 in werking treedt. Er is nog geen politieke keuze gemaakt of deze NTO wordt geïmplementeerd en onder welke voorwaarden. Tot die tijd blijft de gemeente verantwoordelijk voor de opvang van de Oekraïense vluchtelingen.
Gezond en Actief Leven Akkoord (GALA) en Integraal Zorgakkoord (IZA)
In 2022 is het Gezond en Actief Leven Akkoord en het Integraal Zorgakkoord vastgesteld. In het GALA zijn afspraken gemaakt op het gebied van gezondheid en welbevinden. Het financieel arrangement onder het GALA, en ook onder het Hoofdlijnen Sportakkoord II is één nieuwe brede specifieke uitkering (SPUK). Via de SPUK zou er voor gemeenten in deze kabinetsperiode circa
€ 300 miljoen per jaar beschikbaar zijn en € 195 miljoen per jaar structureel. Inmiddels wil het rijk via het afwegingskader specifieke uitkeringen deze uitkering per 2027 overhevelen naar het gemeentefonds met een budgetkorting van 10%.
Het Integraal Zorgakkoord (IZA) heeft als doel de zorg voor de toekomst goed, toegankelijk en betaalbaar te houden. In het IZA is afgesproken dat er voor gemeenten jaarlijks maximaal € 150 miljoen structureel beschikbaar wordt gesteld voor concrete plannen om de IZA-doelen – die mede gericht zijn op gezondheidsbevordering – te verwezenlijken. De gesprekken tussen het rijk en gemeenten over het Aanvullend Zorg- en Welzijnsakkoord (AZWA), waarin wordt ingezet op een verbreding, intensivering en concretisering van het IZA zijn stopgezet n.a.v. de recente politieke ontwikkelingen. Als er met een nieuw kabinet aan een nieuw zorgakkoord gewerkt wordt, dan zal gelijkwaardigheid tussen rijk, gemeenten en zorgverzekeraars uitgangspunt blijven en zal ook de VNG inzetten op een structurele en substantiële verschuiving van middelen van zorg naar het sociaal domein en de sociale basis.
Kunst en cultuurnota
De huidige kunst en cultuurnota kent een looptijd van 2022-2025. Als gevolg van prioritering wordt in 2026 de oude nota geëvalueerd en de nieuwe nota opgesteld.
Inkomensafhankelijke bijdrage WMO
In de meerjarenbegroting was rekening gehouden met de invoering van een inkomensafhankelijke bijdrage per 2026. Nu de inkomensafhankelijke bijdrage opnieuw wordt uitgesteld naar het jaar 2027 moeten de hogere inkomsten eigen bijdrage weer worden terug gebracht naar het oude niveau. Inmiddels is de inkomensafhankelijke bijdrage WMO controversieel verklaard wat de kans op uitstel vergroot.
Dorpsondersteuner
Na de succesvolle pilot in Ysselsteyn bestaat per 2024 ook voor de overige dorpen de mogelijkheid om een subsidieverzoek voor een dorpsondersteuner in te dienen. Inmiddels is er aan zes dorpen subsidie verleend, is één aanvraag in behandeling en is er nog één dorp die aangekondigd heeft in 2025 nog een subsidieverzoek in te dienen. Als gevolg van deze ontwikkeling is het subsidieplafond voor de subsidieregeling ondersteuning en zorg opgehoogd.
Uitvoering WSW en Participatiewet
In het kader van de opdracht iedereen doet mee heeft het college in maart 2025 besloten om te komen tot een hernieuwde inrichting van de uitvoering Participatiewet en WSW. De businesscase laat zien dat ingeschatte kosten van de exploitatie passen binnen de huidige meerjarig begrote budgetten. Wel moet dekking worden gezocht voor de incidentele kosten in verband met de opheffing van de NLWNV en GR. Deze vallen grotendeels in 2026 en zijn ook nog sterk afhankelijk van verder te maken keuzes. In september 2025 is door uw raad een besluit genomen over de financiële gevolgen in relatie tot de toekomst van de NV en de GR. De uiteindelijke baten en kosten moeten blijken na opheffing.
Verder is in 2025 gestart met de deelopdrachten WSW en beschut werk en opstellen implementatieplan inrichting en uitvoering Participatiewet. Beiden opdrachten kennen nog een doorloop in 2026.
Inkoop sociaal domein
Per 1 januari 2026 is er sprake van een nieuwe inkoop in het sociaal domein. Op basis van evaluatie zijn bestaande contracten verlengd of heeft een nieuwe aanbesteding plaatsgevonden.
Dit heeft ook tot gevolg dat er per 1 januari 2026 sprake is van nieuwe tarieven met aanzienlijke verhogingen per segment/product. Ook is gekozen voor een andere systematiek (PxQ in plaats van trajectfinanciering). Wij zijn wettelijk verplicht om reële tarieven te betalen voor onze Jeugd- en Wmo-maatwerkvoorzieningen. Uit het kostprijsonderzoek is gebleken dat alle tarieven per 1 januari 2026 aanzienlijk verhoogd moeten worden. De budgetten 2026 zijn hierop aangepast.
Regiovisie Geweld in Afhankelijkheidsrelaties
In 2024 heeft de regio Noord- en Midden Limburg (14 gemeenten) samengewerkt aan het opstellen van een nieuwe regionale visie op de aanpak van Geweld in Afhankelijkheidsrelaties. Hierbij is ook een programmaplan opgesteld. In de loop van 2025 zullen beiden worden vastgesteld. De nieuwe regiovisie en programmaplan zijn opgesteld omdat een nieuw landelijk programma (Toekomstscenario Kind- en Gezinsbescherming) werd uitgevoerd, waar onze regio bij aan moet sluiten. Daarnaast bleek uit de Cohortstudie van Verwey Jonker naar de aanpak van Geweld in Afhankelijkheidsrelaties dat de regio Noord- en Midden Limburg achterliep op de rest van Nederland. Een nieuw plan was hard nodig.
De nieuwe visie en het programmaplan richten zich vooral op het versterken van de toegang tot hulp (Jeugdwet, WMO en Participatiewet) in hun rol bij het signaleren en stoppen van Geweld in afhankelijkheidsrelaties en de samenwerking tussen de verschillende ketenpartners in de aanpak van Geweld in Afhankelijkheidsrelaties.
Met het verschijnen van de meicirculaire werd duidelijk dat de rijksbijdrage Toekomstscenario Kind en Gezinsbescherming vervalt. De kosten voor gemeenten stijgen.
Onderhoud van gemeentelijke gebouwen
In 2019 is de onderhoudsstaat van de gemeentelijke gebouwen in beeld gebracht. Op basis hiervan zijn meerjarenonderhoudsplannen (MJOP's) opgesteld en zijn de financiële gevolgen voor de onderhoudsvoorzieningen doorgerekend en herijkt. In 2024 zijn de onderhoudsplannen geactualiseerd op basis van de uitgevoerde onderhoudsactiviteiten en kostenstijgingen. In 2026 wordt gestart met de voorbereiding van een grootschalige actualisatie van de onderhoudsplannen voor al het gemeentelijk vastgoed.
